Na tien dagen die waarschijnlijk de meest intensieve van mijn leven zijn geweest, kan ik alleen maar denken: ooit heb ik de goede keuze gemaakt om te gaan voor hockey en haar mensen.
Begonnen op veld 4 van AHC op Beekhuizen, via de Studs in Groningen en de hockeyclub in Roden, vonden we onze bestemming bij LMHC, nu LOHC in Oegstgeest. Vanaf moment een was ik verkocht en verknocht aan hockey. Woensdagmiddag trainen en zaterdag een wedstrijd: mijn hele week draaide erom. Wanneer mijn wedstrijd niet doorging – wat regelmatig gebeurde, want gras en regen geeft een modderige combinatie – was ik ontroostbaar. Dat werd later beter, maar na de zomer beginnen aan weer een nieuw hockeyseizoen is lang mijn grootste hobby geweest. De geur van vers gras roept dat gevoel nog steeds op.
Gelukkig had ik ondertussen wel wat kennis opgedaan op school, zodat ik ook andere dingen belangrijk ging vinden. In Groningen studeren, bij ‘Forward’ gaan hockeyen, nieuwe mensen leren kennen en het arbeidsrecht omarmen, gaven mij nieuwe impulsen. Enerzijds geïnspireerd door Aletta Jacobs en anderzijds geïntrigeerd door de ondergeschiktheidsrelatie in een arbeidsverhouding, kreeg ik een andere kijk op hoe mensen zich tot elkaar verhouden.
Een zaadje was geplant.
Op de hockeyclub in Roden leerden onze kinderen fietsen en speelden zij in de zandbak, terwijl wij om de beurt een wedstrijd speelden. Een onvergetelijke tijd. Herkenbaar voor velen van onze generatie. Bij LOHC begon de tweede helft van mijn hockeyleven. Van ouder werd ik mini-coördinator en bestuurder, leerde ik luisteren naar mensen en ook hoe belangrijk het was om met elkaar te praten in plaats van over elkaar. Via het Bondsbestuur van de KNHB-competitieleider en mijn baan bij Universiteit Leiden, leerde ik stukjes schrijven en in het openbaar spreken. Uiteindelijk belandde ik bij de EHF; Europa had mij altijd al geïntrigeerd. Niet het hockey, maar het fenomeen: een gebied zonder grenzen.
Bij de EHF, nu EuroHockey, vond ik alles wat hockey zo mooi maakt. Hockey in soorten en maten, in grote en kleine landen, altijd een veld(je), een wipwap en een tafel waar je omheen kon zitten. En met elkaar kon praten. Over verschillende achtergronden en welke invloed geografie heeft op de mogelijkheden om een sport te ontwikkelen. Ook begon het me op te vallen, dat ik wel heel weinig vrouwelijke bestuursleden trof, overal waar ik kwam. Wel altijd veel vrouwen die de zaken regelden op de achtergrond.
Ik kwam in een IOC-commissie die daarover ging en de rest is voor mij geschiedenis.
Ik leerde op een strategische manier naar gelijke verhoudingen tussen mensen kijken, tussen wie dan ook, waar vandaan ze ook kwamen en van wie ze ook hielden.
Met mijn vaardigheden opgedaan in mijn werk en in mijn hockeyleven, probeerde ik mensen te inspireren, te bemoedigen en te laten nadenken of we er ook iets aan konden doen dat vrouwen voorzitter of coach kunnen worden. Of dat mensen met een mentale beperking een Europees kampioenschap kunnen spelen en dat het zinvol was om na te denken hoe transgenders ook een eerlijke plek in de sport kunnen krijgen. Tijdens mijn voorzitterschap van de EHF zijn twee van deze onderwerpen tot volle wasdom gekomen, dankzij de ondersteuning van een geweldige staf en een geweldig bestuur. En aan de derde ga ik nu beginnen, in mijn vrije tijd.
Want afgelopen tien dagen heb ik afscheid genomen na twaalf fantastische jaren. Keihard werken, maar het veld of een tafel waren altijd in de buurt. Om te genieten van het spelletje of om naar elkaar te luisteren. Het is groots geweest.
Nu ga ik genieten van mijn familie, van het hockey van mijn kleinkinderen. Ze zijn me allemaal zo dierbaar. Mijn oudste kleinzoon gaat een avontuur aan in Heren 1 van LOHC. De cirkel is rond!
Het is mooi geweest. Heel mooi!
Dank jullie wel!
Marijke Fleuren