Door: Douwe de Vries 
Foto’s: Hans Bakker

Ze behoort tot de ‘nieuwe helft’ van AH&BC Dames 1. De ‘nieuwe helft’ van de karrevracht aan transferspeelsters die dit seizoen naar Amstelveen kwamen. “Maar eigenlijk voelt het niet zo, dat we er weer één team van moeten maken”, zegt Imke Verstraeten na de 4-1 winst op Bloemendaal. De van Pinoké overgekomen strafcornerspecialiste kijkt voor deze ‘Achter de wedstrijd van…’ naar de ietwat wisselvallige seizoenstart van Amsterdam Dames 1. Vertelt wat meer over haar specifieke hockeykwaliteiten. Én geeft een klein inkijkje in haar leven als econometriestudente. 

Het grootste verschil tussen hockeyen bij de vereniging een paar honderd meter verderop en Amsterdam? Verstraeten (onder andere jeugd WK winnares in 2023, red.) heeft het over de ‘mindset’. 

“Bij Pinoké lag de focus de laatste jaren natuurlijk heel erg op het eindelijk halen van de play-offs. Hier moet je gewoon standaard om de prijzen meedoen. Waar we bij Amsterdam zelf natuurlijk aan moeten wennen… Is dat we moeten bouwen aan een heel nieuw team”, analyseert ze. 

‘Mahieu-tijdperk’ 
En daar slaat Verstraeten natuurlijk wel een spijker op de hockeykop mee. Na het tweejarige ‘De Nooijer-tijdperk’ is het nu tijd voor het ‘Mahieu-tijdperk’, en Amsterdam liet de transferpen flink lekken. Een goeddeels nieuwe helft aan speelster kwam naar het Wagener stadion. “Voor iedereen was het allemaal best iets nieuws. Maar des te mooier dat we allemaal aan iets kunnen gaan bouwen, als staf en als speelsters.” 

Verstraeten geeft aan dat ze ‘even moest wennen’ aan ‘waar ze naartoe moest fietsen’. Zo’n kleine steenworpafstand is het natuurlijk tussen haar nieuwe club Pinoké en AH&BC… 

“Bij Pinoké heb ik het heel erg naar mijn zin gehad. Maar over deze transfer heb ik heel goed nagedacht, dus ik stond er natuurlijk ook achter dat ik naar Amsterdam zou gaan. ‘Missen’ wil ik het niet per se noemen… Het is een nieuwe stap waar ik achter sta.”

Over het algemeen ziet Verstraeten een ‘stijgende lijn’ in het eerste seizoen van het ‘Mahieu tijdperk’. “We willen met z’n allen gaan bouwen. Die verliezen thuis tegen Kampong en Tilburg had ik natuurlijk graag overgeslagen… Maar ik denk dat dat hoort bij de processen waar wij nu in zitten.” Over het algemeen vindt Verstraeten dat ‘de nieuwe helft’ en ‘de oude helft’ van Amsterdam het goed doet met elkaar. 

Wapen van Imke
De strafcorner. Het is een wapen van Imke, die onder andere maakte dat zij naar topclub AH&BC verhuisde deze zomer. “Op hele jonge leeftijd ben ik daar al mee begonnen. Ik blijf er constant op trainen, soms ook twee keer per week. Je moet er heel veel uren in steken, en dan wordt het steeds beter.” Verstraeten geeft aan dat ze haar strafcorner ‘nog beter kan oprollen’ en ‘de uitloper nog beter kan omzeilen’. 

En bij een topclubovergang, hoort natuurlijk ook een ‘verbeterpuntenpakket’ in zijn algemeenheid. “Ik wil verdedigend niet te passeren zijn, harder worden in de duels en aan de bal meer variatie tonen”, lepelt Verstraeten snel op. 

Econometrie als studie
Imke is pas twintig, werd al wereldkampioen met Jong Oranje en wordt gezien als één van de grotere talenten van de nieuwe hockeygeneratie. Maar er is natuurlijk ook nog een leven naast het tophockey. “Ik heb wel een topsportstatus, we hebben een WK met Jong Oranje dus dat maakt het wel heel erg druk… Ik volg een vak minder van mijn studie Econometrie daardoor. Wat ik met Econometrie wil gaan doen na mijn topsportloopbaan? Het is mijn tweede studie die ik doe, ik vind het wel een hele leuke studie, maar ik weet nog niet helemaal precies wat ik ermee wil doen.” 

De overstap van Pinoké naar Amsterdam is afstand technisch niet een hele grote. Maar ook niet, volgens Verstraeten zelf, op het gebied van ‘exposure’ of ‘in de spotlights’ staan. “Ik ervaar daar weinig verschil in. Heel ‘vet’ vond ik het om voor Pinoké te spelen, maar ook voor Amsterdam. Daarin is niet veel veranderd.”