Het Nederlandse zaalhockey maakt niet zijn beste periode door nu de nationale teams niet meer op het EK in actie komen. In Duitsland is de sport echter nog altijd ongekend populair en bij de eerste wedstrijden zaten de hallen vol met supporters. Robert Tigges, één van de gezichten van het Nederlandse zaalhockey het afgelopen decennium, is speler/coach bij Hamburger Polo Club en vertelt aan HockeyConnect hoe het is om het befaamde ‘Hallenhockey’ mee te maken.
Tigges heeft nu alle tijd en ruimte om zich vol op Hamburg te focussen, maar in eerste instantie stond er behoorlijk intense dubbelfunctie op het winterse programma: “Ik was bondscoach van de Nederlandse zaalmannen en de intentie was uitgesproken om gewoon door te gaan met elkaar. In die gesprekken bleek al wel dat er twijfels waren over het al dan niet doorgaan van het zaalhockey. Het idee was om op en neer te reizen vanuit Hamburg. Ze hebben mij gelukkig wel ingelicht vooraf, dus er is voor mij nooit een zwart gat ontstaan en ik heb hier in Hamburg gewoon mijn fulltimebaan.”
Tigges vindt het dan ook geen straf om zich volledig op Hamburg te richten en zag bij de openingswedstrijd meteen hoe groot zaalhockey in Duitsland is: “Bij de eerste wedstrijd zat de hele hal vol. Er zaten toch zeker 300 of 400 mensen. Voor mijn gevoel lijkt het alsof er alsof er in de zaal meer mensen komen kijken dan bij een veldwedstrijd.”
Daar komt bij dat de inrichting van de duels totaal anders is en veel meer overeenkomsten heeft met de duur van een veldwedstrijd, zo legt Tigges uit: “Het wordt heel anders aangepakt hier. Wij spelen gewoon tien volle wedstrijden en een wedstrijd is vier keer vijftien minuten. Je speelt maar één wedstrijd op de dag. Dat wordt heel fanatiek beleefd, dus dat is gaaf om te zien. Het niveau ligt heel hoog en er wordt heel ambitieus gespeeld. Het is heel vet om dit een keer op deze manier mee te maken.”

Speler en coach
Tigges is dusdanig enthousiast dat de coach af en toe op 39-jarige leeftijd toch weer de stick opgepakt heeft: “Ik heb al een wedstrijd meegedaan. Bij Polo hebben wij een vrij internationaal georiënteerd veldteam met spelers die ook voor hun land spelen. We hebben Jongens uit Nieuw-Zeeland, Engeland, Schotland, Nederland en Oostenrijk. Daardoor is onze ploeg redelijk uitgedund.”
“Het is nu een mix van goede Bundesliga spelers en Oostenrijkse internationals. Zij moeten echter op een gegeven moment de olympische kwalificatie in en daarom missen ze het einde van de competitie. Vandaar dat ik alvast meedoe om er in het laatste weekend klaar voor te zijn. Dat betekent dat ik nu ook al minuten maak. De komende weken zal ik waarschijnlijk niet meedoen, maar in januari weer wel”, aldus Tigges die in 2015 wereldkampioen zaalhockey werd als aanvoerder van Nederland.
Ondanks het oude lichaam weet Tigges nog goed stand te houden en dat komt voornamelijk door zijn jarenlange ervaring: “Bij zaalhockey is je fysieke gestel en fitheid natuurlijk belangrijk, maar je kan een hoop goedmaken als je wat meer ervaring hebt en je weet of welke momenten je bepaalde dingen moet doen.”
Om te voorkomen dat de dubbelrol verwarring oplevert heeft Tigges, die op het veld hoofdcoach is van Hamburger Polo Club, de verantwoordelijkheid in de zaal vooral gegeven aan Cristoph Bechmann. Op het veld is Bechmann de assistent, maar vorig jaar werd hij als hoofdcoach van Harvestehuder nog landskampioen in de zaal.
Tigges hoeft echter niet op een voorkeursbehandeling te rekening van zijn assistent: “Ik word ook gewoon hard gecoacht door Bechman. Hij vertelt het mij als ik fouten maak. Dat hoort erbij als je ervoor kiest om af en toe mee te doen. Ik ben ook maar een back-up speler, zodat anderen af en toe wat rust kunnen nemen. Als je de livestream aanzet, zal je mij niet de hele tijd door het beeld zien rennen.”
Titelkansen
De club van Tigges werd vooraf niet als titelfavoriet gezien, maar na het goede begin is er volgens Tigges wellicht wat meer mogelijk. Toch is het komen en gaan van internationale spelers een probleem voor Hamburg.
Daar komt bij dat de club veel lokale concurrentie heeft: “Hamburg is de sterkste regio en dit is de hockey-hoofdstad van Duitsland, vergelijkbaar met het Amsterdamse Bos in Nederland. Vorig jaar ging de finale tussen twee andere clubs uit Hamburg, dus iedereen schat ons wat lager in. We hebben vorige week wel twee keer gewonnen, dus wat dat betreft hebben we de zaalhockeywereld een beetje geshockeerd.”
“Na dat weekend willen we er zeker voor gaan om zo ver mogelijk te komen. We hebben zelfvertrouwen getankt door de goede voorbereiding en de resultaten die we tot nu toe geboekt hebben. De verhoudingen zijn alleen niet helemaal duidelijk vanwege alle internationale verplichtingen. Wij hebben ons als doel gesteld om zo lang mogelijk te strijden voor de eerste twee plekken, want je speelt in regio’s en dan heb je kruisfinales”, zo legt Tigges uit.
Liefde voor het zaalhockey
Ook als Hamburger Polo Club niet om de prijzen meedoet, geniet Tigges echter van het spel waar hij zijn hart aan verpand heeft: “Ik ben ooit heel fanatiek gaan zaalhockeyen omdat ik daar de kansen kreeg en uiteindelijk als een soort specialist ben doorgegroeid. Ik heb heel veel meegemaakt en ik heb er heel mooie trips aan overgehouden.”
“Ik vond het leuker omdat ik meer in de lead was en omdat ik het attractiever vind. De uitslagen hier in Duitsland zijn vaak 10-9 of 9-8. Zaalhockey in Duitsland is veel meer actie. Daarom vind ik het iets aantrekkelijker dan veldhockey, maar uiteindelijk vind ik beide vormen natuurlijk hartstikke leuk en is het al heel lang de rode draad in mijn leven”, zo besluit de coach.