Door Tobias Kapelle
Thierry Brinkman nam in mei tijdens de halve finales van de play-offs afscheid van Bloemendaal met een teleurstellende nederlaag tegen Rotterdam. Vanaf volgend seizoen is de aanvaller in het shirt van Den Bosch te zien. Voor het zover is, staan echter eerst de Olympische Spelen op het programma voor de aanvoerder van Oranje. HockeyConnect sprak met Brinkman over het afgelopen seizoen en Parijs.
Kijk je terug op een teleurstellend afscheid of een mooie periode bij Bloemendaal?
,,De laatste wedstrijd was natuurlijk pijnlijk en voornamelijk het verloop ervan. Tegelijkertijd kon ik vrij snel inzien dat dit bij topsport hoort en vooral in een competitie met heel veel goede teams. De uitwedstrijd winnen we gewoon en daarna valt alles de verkeerde kant op. Dan is het ineens klaar en dat hoort bij het format dat we nu gebruiken. Dat is pijnlijk. Natuurlijk had je het afscheid liever op een andere manier willen invullen, maar op dat moment denk je vrij snel terug aan al die keren dat het wel goed is gegaan en je wel gewonnen hebt. Je beseft dan ook dat het uniek is dat dit zo vaak is gelukt. Ik kijk nu al met een heel warm en goed gevoel terug.’’
Wat jij van het huidige format van de play-offs?
,,Ik heb diezelfde dag live op tv al uitgesproken dat ik geen fan ben van het format. Als je naar de finale kijkt, dan wordt het kampioenschap beslist met een gelijk spel. Dat is in mijn ogen niet mogelijk. Hetzelfde geldt voor ons team met een gewonnen eerste wedstrijd en een verloren tweede wedstrijd. Ik had graag de uitslag willen zien als we, volgens het vroegere format, nog een derde keer hadden mogen spelen. Als je naar de historie kijkt, hebben we altijd moeite gehad met de tweede wedstrijd, ook toen we wel kampioen werden. Ik ben dus geen fan en vond het vorige format veel mooier. Vooral omdat je bij een gelijkspel direct shoot-outs kreeg en er dus iedere wedstrijd een beslissing was met juichende spelers. Nu kan je in de eerste pot 2-1 winnen en is dat niets waard.’’
Blijft je na de stap naar Den Bosch volledig doorgaan als international?
,,Ja, ik ga gewoon volle bak door en heb er ook nooit over getwijfeld om een stap terug te doen. Ik vind het nog veel te mooi en het team is ook nog veel te mooi. Ik ben ervan overtuigd dat dit voor mijn hockey de juiste weg is om mezelf te triggeren en uit te dagen in een nieuwe omgeving. Daar krijg ik nieuwe energie van.’’
Bondscoach Delmee had het bij zijn aanstelling in 2021 over Parijs als grote doel. Leeft dat ook zo in de spelersgroep?
,,Ik denk dat er nul excuses zijn om niet te presteren. We hebben laten zien dat we heel goed kunnen hockeyen en dat we teams echt pijn kunnen doen. Ik zie geen reden waarom we dat niet in Parijs zouden kunnen. Het enige dat je kan zeggen, is dat we veel jongens hebben die voor het eerst naar de Spelen gaan. Maar inmiddels hebben alle debutanten onder Delmee drie jaar ervaring. We zullen er gewoon klaar voor zijn en we weten wat we kunnen. Wij hebben er vertrouwen in.’’
Zien jullie België, Australië en Duitsland als grootste concurrenten?
,,Vlak Groot-Brittannië niet uit en India is ook echt een goede outsider. Wat betreft die eerste landen: het zijn drie hele goede teams die van elkaar kunnen winnen en verliezen. Ze hebben allemaal hun kwaliteiten die wij heel goed kennen, maar zij weten die ook van ons. Duitsland is regerend wereldkampioen, Australië is altijd sterk en België is regerend Olympisch kampioen met heel veel ervaring. Toch denk ik niet dat je een ploeg boven de rest kan plaatsen.’’
Kan de strafcorner van België met Hendricks en Duitsland met Peillat het verschil maken ten opzichte van Nederland?
,,Dan doe je Jip Janssen tekort. Jip heeft wat mij betreft een absolute wereldcorner die voor ons het verschil gaat maken. Daar hebben wij allemaal vertrouwen in. Hij is absoluut van hetzelfde niveau en de corner wordt nog iedere dag beter. Misschien is hij nog wel van een hoger niveau dan spelers van de andere landen. Dat durf ik wel te stellen en ik heb er alle vertrouwen in dat Jip zijn corner top gaat zijn deze zomer.’’
