Hockey Magazine

maandag, maart 24, 2025

Top 5 deze week

spot_img

Het gaat om die 2 minuten!

Frederique Matla, fenomeen in de spits bij toeval…

Frederique Matla behoort nu al tot het rijtje beste spitsen en topscorers aller tijden. En dan moet Parijs nog komen…

,,De gele kip heeft gezien dat ik goed kon hockeyen. Dat heeft ‘ie via Lidewij Welten doorgegeven aan het bestuur van Den Bosch,’’ grapt Frederique. Het is een fabel van haar vader, om aan te geven dat je gezien wordt als je ergens goed in bent: ,,Als je iets graag wilt, je het goed kunt en je laat het ook zien, dan komt er een moment dat de gele kip dit opmerkt en ervoor zorgt dat je gezien wordt.’’

Tijdrekken

Op de ochtend voor aanvang van de intensieve voorbereiding op Parijs spreken we Matla op het Stadionplein in Amsterdam. Ze is net terug van vakantie in hun familiehuis in Griekenland. De vakantie heeft haar goed gedaan. Frederique is opvallend relaxed, na een enigszins roemruchte apotheose in de finale van de play-offs. ,,Ik vond dat echt heel erg. Het idee dat mensen mij arrogant en respectloos vinden door zo’n actie, terwijl ik juist zoveel waarde hecht aan bescheidenheid en respect. Juist daarop gepakt worden, hakte er hard in.’’ 

Matla blikt terug op dat moment aan het einde van die tweede, beslissende play-off wedstrijd tegen SCHC enkele weken terug. Vlak voor tijd heeft SCHC in een alles of niets poging de keeper gewisseld voor een veldspeler. Matla krijgt de bal als diepe spits vlak bij de middellijn en kan de bal daardoor zo het lege doel inlopen: de definitieve nekslag voor SCHC. Maar vlak voor de doellijn houdt ze in en wacht tot Lisa Post (verdediger van SCHC) dichterbij komt. Pas als die echt nadert, duwt Matla de bal over de doellijn. In haar ogen pakt ze daarmee weer cruciale tijd. ,,Ik had al in mijn hoofd dat ik naar de hoekvlag zou gaan als ik de bal zou krijgen, om zo de tijd vol te spelen.

Niemand van Stichtse heeft er na afloop iets over gezegd. Die kennen mij en weten waarom ik het deed. Ik hoorde ook pas later na de wedstrijd dat Ellen Hoog bij Viaplay op tv had gezegd dat Lisa Post een rode kaart op mij had moeten halen voor zo’n actie. Toen besefte ik pas dat het ook anders geïnterpreteerd kon worden. Het heeft het feestje wel een beetje verpest die avond. Achteraf, op basis van mijn kernwaarden had ik het liever niet gedaan, die wilde ik niet op het spel zetten… Ik sta achter mijn eigen gedachten en vond het bijzonder slim van mezelf, maar vind het dus ook belangrijk voor mijn imago dat mensen niet zo over mij denken.’’

The Netherlands, Amsterdam, 10 June 2024. Portrait Frédérique Matla, Dutch field hockey player for Hockeyclub ‘s-Hertogenbosch, Dutch international and olympic gold medalist. Photo: Bram Belloni / Nederland, Amsterdam, 10 juni 2024. Portret Frédérique Matla, hockeyspreler voor Hockeyclub ‘s-Hertogenbosch, Nederlands international en winnaar olympisch goud. Foto: Bram Belloni / (c) 2024, www.belloni.nl

Onder een vergrootglas

Het is kenmerkend voor Matla en het past ook bij haar. Ze weet donders goed van zichzelf dat de ogen vaak extra op haar gericht zijn, iets wat niet altijd even makkelijk is. ,,Ik loop niet zomaar met de menigte mee. Als ze allemaal naar rechts gaan, ben ik degene die zich afvraagt waarom niet naar links? Dat oppositie-gevoel, die randjes opzoeken, vaker onbewust dan bewust, dat zit gewoon in mij. Ik ben ook niet iemand die gaat slijmen bij de coach. Ik zeg niet altijd wat ik vind, maar je ziet het wel aan me als ik ergens een andere mening over heb. Mensen vinden mij dan recalcitrant en dat ben ik ook wel een beetje, maar ik heb wel geleerd dat ik soms moet meebewegen.’’

Dat ‘in the picture’ staan; Matla heeft er een beetje een haat-liefdeverhouding mee, al heeft zij die externe prikkels wel nodig: ,,In Tokyo was dat best lastig. Je moest echt bewust op het veld naar die Olympische ringen kijken om te beseffen waar je voor speelde. Daarom verheug ik me nu enorm op deze Spelen waar straks 15.000 man op de tribune zitten.’’

Toevallige spits

Het is het lot van de scorende spits, veel publieke aandacht. Maar eigenlijk was Matla helemaal geen spits: ,,Tijdens mijn eerste interland speelde ik voor de eerste keer als spits. En vanaf de tweede interland ben ik goals gaan maken, dus ik stond direct in de aandacht. Dat vond ik in het begin echt wel moeilijk. Op het WK van Jong Oranje in 2016 heeft Alyson Annan (toenmalige bondscoach) mij geselecteerd. Bij toeval heeft Alyson mij in de spits gezet, omdat Lidewij niet speelde. Ik had niet eens getraind in de spits. Het verbaasde mij net zo goed als de rest van de wereld hoe het vanaf dat moment verliep. Ik ben gewoon nooit meer gestopt met scoren.

Op een gegeven moment ging ik ook voor die statistieken spelen, maar dat vond ik vreselijk. Dat voelde niet als mijn spel, ik heb nooit gespeeld om goals te maken. Natuurlijk was het even vet, iets bijzonders, maar tegenwoordig kunnen die goals me een stuk minder schelen. Ik vind dat ik meer van waarde ben dan alleen die goals.

Als middenvelder was het altijd mijn speelstijl. Nog steeds ben ik iemand die het liefst een actie voorwaarts op snelheid maakt, iemand aanspeelt om de give-and-go aan te gaan. Bij Den Bosch zak ik de laatste tijd wat meer uit en ook bij Oranje krijg ik steeds meer het gevoel dat ik dat kan doen. Ik voel me comfortabeler in de 10-positie, waarbij ik ook wat lager kom. Ik ben geen Kim Lammers, die vooral heel goed was voor de goal. In de jeugd was ik gewoon de spelverdeler, de midden-midden. Ik heb zelfs laatste man gespeeld en bij het Nederlands B in Valencia was ik rechts-achter.’’

The Netherlands, Amsterdam, 10 June 2024. Portrait Frédérique Matla, Dutch field hockey player for Hockeyclub ‘s-Hertogenbosch, Dutch international and olympic gold medalist. Photo: Bram Belloni / Nederland, Amsterdam, 10 juni 2024. Portret Frédérique Matla, hockeyspreler voor Hockeyclub ‘s-Hertogenbosch, Nederlands international en winnaar olympisch goud. Foto: Bram Belloni / (c) 2024, www.belloni.nl

Van HOD naar Den Bosch

Toch was er in haar jonge jaren bij HOD in Valkenswaard – waar Frederique begonnen is met hockeyen – al een coach die zag dat ze een neusje had voor het scoren. ,,Dat was Tom Beerens, nu coach van HOD Heren 1. Hij was in de C mijn trainer en zei altijd: wacht maar, zij is een spits. Zijn dochter heet nu trouwens Frederique, haha.’’

Matla is geboren in Huizen, maar al snel via een korte tijd in Geleen met het gezin in Valkenswaard beland. Ze heeft het hockey niet van een vreemde. Haar oma speelde zelfs al twee interlands. ,,Zij is onlangs overleden. Afgelopen week kwam mijn moeder toevallig thuis met een heel plakboek vol vaantjes, vlaggetjes en krantenstukken van mijn oma uit die tijd. Foto’s van natuurgras en die sticks met die extreem lange haken.’’ Ook Matla’s moeder schopte het tot de hoofdklasse bij HCKZ en Matla’s vader was een redelijk goede voetballer. Matla’s oudere en jongere broer gingen dan ook beide voetballen onder haar vaders hoede. Haar moeder bemoeide zich vooral met het hockeyen van Frederique: ,,Ik was altijd aan het hockeyen.

Het was van jongs af aan duidelijk dat ik talent had. Ik heb ook wel getennist en gedanst, maar moest al snel kiezen. Mijn moeder was vaak mijn coach, samen met de moeder van een vriendinnetje. Zij was heel behoudend. Blijf maar lekker achterin, aannemen-passen en aanvallen via de buitenkant. Als we dan achter stonden, zei die vriendin van mijn moeder: ‘Fré pak die bal en gaan’. Dan ging ik dwars door het midden van achter naar voren met de bal. Mijn moeder was daar heel terughoudend in – ook met doorschuiven naar hogere, oudere teams bijvoorbeeld.’’

En toch, op het moment dat Frederique, samen met haar HOD maatje Maud Renders werd geselecteerd voor Oranje O16, was het een voorwaarde dat ze landelijk zouden spelen. Maud koos voor het nabijgelegen Oranje-Rood. Frederique kwam via haar voormalige oppas en oud HOD-speelster Lidewij Welten op de radar bij Den Bosch. ,,Op dat moment speelde ik bij MC1 van HOD, maar viel ook regelmatig in bij de A1. Ik maakte zelfs mijn debuut bij Dames 1 op mijn 13e.

Ik wilde helemaal niet persé weg bij HOD. had het daar ontzettend naar mijn zin. Maar het gesprek met het bestuur en de coach van A1 (Frank Stofmeel) was heel fijn. Ze konden goed vertellen waar ze met mij heen wilden en wat hun meerjarenplan was. In het eerste gesprek dat we met Lidewij zelf hadden, moesten we nog even checken of het echt om Meisjes A1 ging en niet om B1, maar ze waren bij Den Bosch ervan overtuigd dat ik me in A1 het beste kon ontwikkelen.’’

En zo maakte de piepjonge Matla de overstap van HOD MC1 naar Den Bosch Meisjes A1: ,,Je realiseert je op dat moment niet dat het betekent dat je ouders elke keer 40 minuten heen en 40 minuten terug moeten rijden en een paar uur op de club moeten wachten, terwijl je een dubbeltraining hebt… 3x per week. Daar denk je als jonkie niet over na. Ik vond dat heel normaal. Nu denk ik wel eens: goh, je moet het maar willen.’’

Perfectionist

Matla ontwikkelt zich razendsnel. Na dat eerste jaar in A1 speelt ze het jaar daarna ook al bij Dames 1 van Den Bosch mee op haar 15e. ,,Die overgang heeft een enorme impact gehad. Eerst overkwam het me gewoon, maar ik werd al snel steeds perfectionistischer. Daarin ben ik mezelf kwijtgeraakt. Elke fout die ik maakte, was gewoon te veel. Dan kon ik na elke wedstrijd wel janken van ongeluk. Ik ging van lol maken op HOD naar de prestatiecultuur op Den Bosch. Uit het niets stond ik daar met de beste speelsters van de wereld te trainen.’’

Matla beleeft die periode niet volledig bewust. Als ze er nu aan terugdenkt, zijn het flarden die ze kan oproepen. Veel kan ze zich niet echt meer herinneren, alsof het in een soort waas voorbij is gegaan. ,,Ik had op dat moment niet echt door wat het voor mijn omgeving betekende. Ik was zo met mezelf bezig. Mijn humeur werd volledig bepaald door mijn perfectionisme. Ik weet nog dat ik met Nederlands B (O16) in Valencia was op toernooi en dat ik na iedere wedstrijd zo aan het huilen was, omdat ik niet tevreden was over mijn spel. Ik was ook heel onaardig tegen mijn ouders, vooral tegen mijn vader.

Op een gegeven moment is mijn vader naar ons hotel gekomen om mij op te halen. ‘Als je geen plezier hebt in het spelletje, dan gaan we gewoon naar huis.’ Stijn Spreij, die assistent-coach was, maar me ook kende van Den Bosch, heeft geholpen om de situatie een beetje onder controle te krijgen.’’

Twee minuten

In de periode dat Matla bij Dames 1 aansluit, steken Raoul Ehren (coach) en Maartje Paumen (aanvoerder) veel tijd in haar. ,,Er was toen al een mentale coach bij Dames 1. Daar zit ik nog steeds bij. Zij hebben met zijn drieën heel erg hun best gedaan om wat van mij te maken.

Ik kon niet praten, ik kon niet zeggen wat er aan de hand was, ik kon niet om hulp vragen en als mensen vroegen wat er was, kon ik geen antwoord geven. Ik zou niet weten hoe dat voor de mensen om me heen was. Raoul ging op een gegeven moment kijken wat bij mij werkte. Boos worden en schreeuwen werkte averechts, grapjes maken werkte beter. Het was een soort trial & error. Ik heb er heel veel respect voor dat die mensen zoveel tijd in mij stopten. Ze zagen natuurlijk mijn potentie, maar dan nog.’’

Een sportpsycholoog en Johan Cruijff helpen Matla om steeds meer te genieten van haar sport en het perfectionisme om te zetten in iets positiefs. ,,Ik ben me steeds beter gaan focussen op ‘de volgende bal’, in plaats van de vorige. Dat hielp. Mijn vader wees mij op een boek van Cruijff waarin hij aangeeft dat het gaat om die twee minuten in een wedstrijd. Het gaat om die twee minuten waarin je het verschil maakt, iets baanbrekends doet of een corner haalt bijvoorbeeld, ook al speel je de rest van de wedstrijd als een krant. Dat is nog steeds een goede houvast voor mij. In zo’n play-off finale scoor ik drie keer, maar verder had Stichtse mij wel in hun broekzak. Ga ik nou lopen zeiken omdat zij het goed hebben gedaan, of ben ik blij? Ik scoor gewoon drie keer.”

Focus

Matla is in die eerste periode bij Den Bosch vol gefocust op het hockey. De rest was bijzaak. ,,De rest boeide me niet, tot mijn 19e. Voor mij was het gewoon hockey, dat vond ik het allerleukste. Dat perfectionisme heb ik nooit op school gehad, maar school ging me wel makkelijk af. Mijn eerste jaar middelbare school heb ik het gymnasium in Valkenswaard gedaan, daarna ben ik via een jaar lootschool in Eindhoven overgestapt naar individueel topsportonderwijs. Dat was voor mij ideaal en heel relaxed. Ik kon mijn eigen rooster bepalen en hoefde maar 20 uur per week op school te zijn.

Ik zat tussen allemaal toppers, die nu bij het eerste van PSV spelen of als zwemmers op de Olympische Spelen staan. Iedereen deed zijn eigen ding. De leraren kwamen naar ons toe als we er waren en pasten zich aan ons individuele ritme aan. Als ik daar nu op terugkijk, denk ik soms dat ik die focus op topsport misschien iets meer los had moeten laten. Die vorm van onderwijs vond ik waanzinnig, maar nu merk ik wel dat er weinig sociale connecties uit die tijd zijn overgebleven. Andere topsporters ontmoette ik wel, maar iedereen was vooral met zichzelf bezig. Zelf was ik toen ook helemaal niet sociaal.

Familie

Dat minder sociaal ingestelde heeft Frederique van haar vader, die dat in haar herkende. ,,Mijn vader was tot zijn 30ste ook helemaal niet sociaal ingesteld. Die deed tot die tijd stoïcijns en gesloten zijn eigen ding. Mensen die hem pas daarna hebben leren kennen, kunnen zich dat niet voorstellen. Nu is hij super sociaal, praat en gaat om met iedereen.’’ Matla’s familie speelt een belangrijke rol in haar leven. Frederique’s oudere broer Laurens zet zelfs samen met Bertram Veen (broer van toenmalige roomie Marijn Veen) in de periode van Jong-Oranje een bedrijfje op, om de zusjes te helpen in hun overgang naar het grote Oranje. Met dit bedrijf (TalentEmpowerment) begeleiden zij om te beginnen zes Jong-Oranjespeelsters. Het doel is om de faciliteiten te scheppen voor deze speelsters, waarmee zij zich volledig kunnen focussen op hun sport.

Inmiddels is dit bedrijf uitgegroeid tot een stal van 60 atleten uit 25 verschillende sporten en zijn er partnerships met meerdere grote bedrijven. ,,Bertram en Laurens kenden elkaar helemaal niet. Het idee ontstond tijdens een etentje met beide gezinnen. Ze zijn totale tegenpolen, maar vullen elkaar perfect aan. Dat is wel echt bijzonder om van dichtbij mee te maken. Wij zullen als zusjes altijd de paradepaardjes blijven en deze Olympische Spelen zijn het ultieme slotstuk. Nu staan de zusjes echt samen op de Spelen.’’

Olympische Spelen 

Die kroon deze zomer is al bijna in goud gegoten. Waar ligt dan nog de voldoening, de uitdaging? ,,De kracht van ons als Nederlands team is het altijd beter willen worden. Die motivatie hebben we ook bij Den Bosch. Dat drijft je als team en individu. Paul heeft als doel verder uitlopen bij de rest van de wereld. Niet de finale met 3-1, maar met 5-1 winnen. Het beste team van de wereld zijn en blijven. We hebben de beste spelers van de wereld en de beste competitie van de wereld.

Minder dan overtuigend goud halen is niet goed genoeg. Maar wel vanuit de focus op onszelf. Hoe halen we het beste uit onszelf? Ik geloof nog steeds dat we veel beter kunnen en dat we nog niet de bevrijding hebben gevoeld waar Paul naar op zoek is. Om echt boven onszelf uit te stijgen, zover zijn we nog niet. Dat willen we in Parijs laten zien en daar heb ik echt zoveel zin in.’’

Matla’s corner loopt de laatste maanden weer beter. Wie staat er straks als eerste schutter op de kop in Parijs? ,,Yibbi is nummer 1. Dat heeft Paul al zo uitgesproken. Daar kan ik me prima in schikken en dat is ook terecht op basis van dit seizoen. Door mijn blessure in mijn schouder was mijn corner even minder. Nu is ie wel echt weer gevaarlijk. Daarmee kunnen we een stuk onvoorspelbaarheid creëren. Je kunt mij gebruiken om Yibbi op het juiste moment in stelling te brengen.’’

Geluksmoment

En dan na die Spelen? ,,Ik weet nu al dat ik in die weken na Parijs niet de energie heb om het beste uit het hockey te halen. Dus ik kom zo laat mogelijk terug bij Den Bosch. Na Tokyo dacht ik op de training: ‘Wat doe ik hier? Ik heb net alles bereikt wat ik wil bereiken’. Ik ging naar mijn mental coach met de vraag: Wat geeft mij energie en wat kost mij energie? Op dat moment gaf hockey mij geen energie. Ik dacht meteen aan een campagne met Spieren voor Spieren die ik had gedaan als ambassadeur, samen met Daley Blind. Daar liep ik met zoveel energie weg.

Als ik daar nu aan terugdenk, krijg ik weer kippenvel. We renden op een atletiekbaan met Jenell en Sem (2 kinderen met een spierziekte) in de rolstoel alsof we een sprintwedstrijd deden. Vlak voor de finish stond Sem op zijn spalkjes op en liep het laatste stuk zelf. Hij draaide zich om en zei: ‘En dat noemen ze nou een eindsprint!’ Ik heb zelden zo’n mooi moment meegemaakt, zo’n geluksmoment.’’

Die maatschappelijke betrokkenheid is telkens tussen de regels door te horen bij Matla. ,,Ik weet nu nog niet hoe mijn leven na het hockey eruit gaat zien, maar daar ga ik me na de Spelen wel op oriënteren. Anderhalf jaar geleden heb ik mijn bachelor Gezondheid en Maatschappij afgerond in Wageningen. Afgelopen september ben ik een master Sociale Psychologie gestart. Ik vind het leuk en waardevol om naast het hockey iets anders te doen. Soms is het maar hockey en eigenlijk zie ik het nog steeds als een hobby. Ik vind het belangrijk dat ik me maatschappelijk blijf ontwikkelen en inzetten.’’

Maar nu eerst die bepalende twee minuten in Parijs pakken!

FOTOS:
3 oude fotos  (naam Whatsapp bij stukje waar het over haar Oma gaat (van HOD naar Den Bosch)

Foto SVS (met spieren voor Spieren actie bij Gluksmoment aan het einde

De rest van de fotos zijn vrij om te gebruiken..

Vorig artikel
Volgend artikel

Populaire Artikelen